top of page
Zoeken
Foto van schrijverRosan van der Zee

Waarom ik denk dat ik iedereen voor de gek houd

Bijgewerkt op: 28 sep. 2020

Een jonge vrouw met vele talenten. Ze kan goed leren, heeft leuk werk en ze kan goed zingen, pianospelen, schrijven, dansen, tekenen, schilderen, klimmen, hardlopen, paardrijden, etc. Zo ontzettend veelbelovend voor de toekomst, een waar succes! Dit is toch iemand om jaloers op te worden? Iemand die zonder veel moeite te hoeven doen zo ontzettend veel kan.

Een streber, een vechter, een alleskunner!

Ja, houd maar weer op met die serenade want hoeveel complimenten je mij ook geeft, het voelt voor mij niet zo. Bij alles wat ik doe heb ik namelijk het gevoel alsof ik mensen voor de gek houd. Alsof iedere prestatie in mijn leven slechts is ontstaan door geluk of toeval. Voor mijn gevoel ben ik steeds op het goede moment op de goede plek. Alles wat ik behaal komt niet door ‘mij’, maar door een samenkomst van gebeurtenissen waar ik toevallig net in ben gevallen.

Het is zelfs zo dat ik mezelf niet als ‘slim’ ervaar, maar dat ik het gevoel heb dat ik onbewust mensen zo kan misleiden dat zij denken dat ik slimmer ben dan zij. Dit terwijl ik dus eigenlijk heel dom ben.

- Ik kan niet goed pianospelen, ik doe maar alsof.

- Ik kan niet goed schilderen, dat wat er uitkomt is slechts toeval.

- Zingen kan ik ook niet echt… Dat lijkt maar zo.

- Leren lukt ook niet, daarvoor ben ik te dom.

- Het lijkt alsof ik van alles weet, maar dat is slechts schijn.

- Klimmen is ook niet mijn talent. Ik doe het altijd fout.

- Etc.

In het echt ben ik een nietsnut, een faal, een dombo, een kwakzalver en een mislukt verhaal. Ik ben niet wie jij denkt dat ik ben. Ik ben een oplichter. Wie jij ziet, dat ben ik niet. Al wijst alles erop dat wat ik heb gedaan, ‘ik’ ook echt heb gedaan. Maar nee, ik was het niet. Het was toeval, geluk en misleiding. Misschien heeft mijn uiterlijk er ook nog bij geholpen. In werkelijkheid ben ik de faalkunst; een schaap in wolfskleren.

Wat is dat toch? Waarom vertelt mijn brein me altijd dat ik niet ben wie ik ben? Dat alles wat ik doe slechts schijn is? Dat het slechts een kwestie van tijd is voor het doek valt en iedereen ontdekt dat ik een oplichter ben?

Tja, ik heb te maken met het ‘imposter syndrome’, ook wel ‘oplichterssyndroom’. Dit houdt in dat ondanks dat (of juist daarom) er zoveel goed gaat er altijd dat stemmetje in mijn hoofd is: wanneer val ik door de mand en ontdekt iedereen dat ik eigenlijk niets kan?

De lat leg ik voor mezelf torenhoog omdat ik mezelf constant wil bewijzen aan iedereen. Dit terwijl ik mijn eigen prestaties volledig onderschat. Hoe goed ik alles ook doe, hoeveel complimenten ik ook krijg, het zal altijd voelen alsof het niet werkelijk bij mij hoort. Alsof ik slechts doe alsof.

Hoe ontstaat het oplichterssyndroom?

Het oplichterssyndroom staat niet in de DSM en er is dus geen officiële diagnose voor. Men kan het beter omschrijven als een verzameling persoonlijkheidstrekken. Allereerst heeft het te maken met – je raadt het al – perfectionisme. Ook komt het vaker voor bij hoogopgeleide mensen of mensen met een hoge intelligentie. Nu ben ik zelf niet per se hoogopgeleid (ik doe graag aan zelfsabotage), maar ik ben op zich wel intelligent (wat ik dus eigenlijk niet geloof). Daarbij is er van nature al een laag zelfvertrouwen en lijkt er een onverzadigbaar perfectionisme aanwezig te zijn. Het helpt ook niet om steeds hogerop te komen omdat de imposter-gedachten niet minder worden naarmate je meer ervaring hebt.

Waarom de lat zo hoog leggen als je er voor je gevoel toch niks uithaalt?

Zodra ik iets moet doen waar ‘prestatie’ bij komt kijken, wordt ik ontzettend zenuwachtig en slaat de twijfel toe. Ik kan immers niks en houd iedereen voor de gek dus waarom zou ik dit wel kunnen? Vervolgens ben ik dus bang om door de mand te vallen waardoor ik me als een malle ga voorbereiden op de prestatie die ik moet leveren. Uiteindelijk wordt het een groots succes.

Hiervoor krijg ik dan complimenten en iedereen lijkt blij, behalve ik. Want het gevoel van succes duurt voor mij zo ontzettend kort voordat het alweer geheel in duigen valt. Vervolgens leg ik weer de lat hoog en haal ik nog meer ‘successen’, maar elk succes voelt als een vervalsing van de werkelijkheid.

Ik ervaar de successen niet omdat ik ze niet kan toe-eigenen aangezien het voor mijn gevoel niet door mijn eigen capaciteiten komt (interne factoren), maar door toeval en geluk (externe factoren). Ook heb ik al snel het gevoel dat iedereen kan doen wat ik kan doen. Het voelt allemaal gewoon en normaal. Alsof het niet die hoge lat is, maar het minimum van wat ik zou moeten kunnen.

Zo ren ik als het ware regelrecht naar een burn-out omdat ik de lat steeds hoger ga leggen uit angst om door de mand te vallen. Uiteindelijk val ik echter niet door de mand, maar vooral in een hele diepe put omdat ik mezelf volledig heb gevloerd.

Je kunt ook te maken krijgen met het omgekeerde. Dan leg je de lat juist onrealistisch laag. Vaak lijk ik tussen die twee heen en weer te rennen. Het is alles of niets. Terwijl er nog een heel palet aan kleuren daartussenin ligt.

Wat helpt mij om hiermee om te gaan?

Gelukkig ben ik momenteel op een punt gekomen dat ik me er veel bewuster van ben en dat ik ook weet waar het vandaan komt. Het komt mede door een zwaar ongeluk in 2012 waarbij ik door hersenletsel totaal veranderde. Ik kreeg toen het gevoel dat ik mezelf kwijt was geraakt en de wereld voor de gek hield door te doen alsof ik nog steeds ‘Roos’ was. Tegelijkertijd werd de drang om mezelf te bewijzen en mezelf terug te vinden steeds groter. Het was een gevecht dat ik niet kon winnen omdat ik nu eenmaal was veranderd. Dat was voor mij zo beangstigend dat ik er keihard voor wilde wegrennen en doen alsof het niet bestond.

Uiteindelijk kreeg ik daardoor het gevoel dat elke prestatie niet werkelijk een prestatie van mezelf was. ‘Ik’ was er immers niet meer en de nieuwe ik was alleen maar bezig met doen alsof de oude ik er nog wel was terwijl dit niet kon. Alles wat ik deed was daarom allemaal niet de werkelijkheid. Voor mijn gevoel kon ik er net zo goed niet meer zijn.


Mijn autisme hielp hier ook niet mee. Soms was ik voor mijn gevoel zoveel aan het compenseren zodat ik meer in de maatschappij zou passen dat mijn prestaties nooit werkelijk van mezelf konden zijn, maar slechts van wat ik 'pretendeerde' te zijn.

Hoe ervaar ik dat nu?

Nu weet ik dat ik wel nog gewoon ‘ik’ ben, maar misschien een beetje anders. Het is niet zo dat hierdoor mijn prestaties niet meer echt kunnen zijn. Want ook ik heb mogelijkheden en talenten en ook ik mag er zijn.

Het helpt daarin ook om steun te zoeken bij mijn ouders of zus en naar hun perspectief te vragen. Zij beoordelen me immers niet op mijn prestaties, maar op wie ik ben als mens. Dat is immers wat het meest telt.

Nog steeds is het lastig omdat het gevoel dat ik een oplichter ben er mogelijk altijd zal zijn. Het is bijna een gegeven dat ik bij alles wat ik doe aan mezelf ga twijfelen. Ondanks die gevoelens van onzekerheid ga ik de uitdaging niet uit de weg, maar probeer ik wel liever voor mezelf te zijn. De lat hoeft niet meer zo immens hoog te liggen. Ik ben goed zoals ik ben. Het is oké als ik over mezelf twijfel. Het is zelfs oké als ik even het gevoel heb een oplichter te zijn. Het is onderdeel van wie ik ben. Zolang ik er maar ook bewust bij stilsta dat wat ik doe goed is zoals het is. Dat ik goed ben zoals ik ben en dat ik niemand iets hoef te bewijzen.

Ik ben wie ik ben. Een beetje anders dan vroeger, maar nog net zo goed mijn ware ik.

444 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


Post: Blog2_Post
bottom of page